
‘Wat maakt jou anders als trouwambtenaar’, vraagt hij.
‘Wat onderscheidt jou?’
En ik onderdruk een scheldwoord.
Afgelopen vrijdag heb ik een kennismaking met een bruidspaar bij mij op kantoor. In ‘het hok’, zoals mijn kinderen dat noemen. Een ruimte van zo’n twintig vierkante meter bij ons in de tuin. Gescheiden van het huis. Veel lichtinval. En een vloerverwarming die al bijna een jaar kapot is, waarvan ik sindsdien al elke week een notitie maak voor mezelf – contact opnemen met de warmteboer – maar wat ik pas vorige week heb gedaan en wat totaaaal niet relevant is voor dit verhaal.
Bij mij thuis dus.
Koffie, thee, iets fris? Biertje misschien al, vraag ik? Het is immers vrijdagmiddag.
Wat is er dat voor een, die babs?
Zo’n kennismaking is altijd heel relaxed. We praten wat heen en weer. Beetje snuffelen aan elkaar. Beetje aftasten. Wat is er dat voor een, die babs? Wat is het voor een stel?
Zo gaat het ook nu.
Totdat die ene vraag komt, die ik altijd probeer te vermijden: wat doe jij anders dan een andere trouwambtenaar?
Ik praat makkelijk, maar dan weet ik het dus even niet meer.
Of nee, dat vind ik dus lastig om te vertellen. Zo zeg ik het beter.
Want ik ken de andere trouwambtenaren niet. Ik weet niet hoe zij optreden, welke sfeer zij neerzetten tijdens een ceremonie, hoe luchtig, hoe formeel of hoe romantisch zij zijn.
En al zou ik het weten: ik wil me helemaal niet vergelijken met een andere trouwambtenaar. Mijn ceremonies zijn persoonlijk, losjes en met wat humor er in verweven. Zo heb ik dat onlangs op mijn kaartje laten zetten. Maar bezoek alle sites en profielen van alle honderdduuzend trouwambtenaren in Nederland maar eens. Ik wed dat je in 99,99% van de babsen deze woorden tegenkomt.
Wat maakt mij anders als babs?
Schiet mij maar lek.
Ik maak er iets moois van. Iets onvergetelijks.
(Zoals iedere babs dat ongetwijfeld probeert te doen)
Mijn ceremonies zijn liefdevol. Warm.
(Zoals de meeste ceremonies dat wel zullen zijn)
Het stel kijkt mij intussen aan. Het verwacht natuurlijk wel een antwoord. De man is een ondernemer. Dat zijn vaak mensen die nadenken over hun USP’s, over wat hen onderscheidt in de markt.
Ik probeer wat tijd te rekken.
‘Nog wat drinken?’
En intussen denk ik na.
Misschien is het feit dat ik geen echte babs ben wel wat mij dan per se anders maakt. Ik heb altijd het gevoel dat veel babsen zwijmeltypes zijn, tenminste als ik op hun berichtjes en foto’s afga. Met teksten als dat ze toch zo’n heerlijk stel hebben mogen trouwen. Dat ze zo veel liefde hebben mogen ervaren bij een stel.
Neem deze:
‘Wat een schatten. Wat een lieve leukerds! Wat een knapperds! Wat een geluk!’
Dat lees ik bij een foto van een stel, op Instagram gepost door een trouwambtenaar.
Echt, al zou ik het willen: mijn toetsenbord zou spontaan op slot schieten als ik dit zou willen intikken.
Of wat dacht je van deze:
‘Als trouwambtenaar leer ik mijn bruidsparen zó goed kennen dat afscheid nemen na de ceremonie bijna onmogelijk is.’
Ik krijg hier de kriebels van.
Zo’n tekstje smaakt toch naar egotripperij! Alsof een bruidspaar in tranen zou schieten als jij na de ceremonie vertrekt. ‘Nee, nee … niet gaan! Doe ons dat niet aan!’
Ik vind dat ik totaal ondergeschikt ben aan jullie als stel en al helemaal ondergeschikt ben aan de dag. Echt, ik doe er niet toe.
En dat is misschien wat mij dan onderscheidt als babs.
Serieus, ik ben een heel zachtaardige vent. Zie graag het mooie in de mensen. Ik houd ervan als iets puur is. En kan oprecht genieten van een mooie, intense kus of knuffel tijdens een ceremonie. Maar het kwijl loopt dan niet uit mijn mond.
En ik wil graag jullie babs zijn, maar als jullie op zoek zijn naar een nieuwe bestie met wie jullie voortaan elke maand een keer willen afspreken? Dan moet je toch echt verder zoeken.
Het stel wil een antwoord, zie ik.
En dus stamel ik een antwoord bij elkaar.
Dat ik misschien wel helemaal geen babs ben. Of nee, jawel, ik ben wel een babs. Natuurlijk. Maar geen typische babs. Tenminste, niet iemand die het doet zoals iedereen het doet. Nou ja, ik vertel wel ook jullie verhaal, maar … Nou ja, dat ik niet precies weet wat mij onderscheidt.
Dat er ongetwijfeld heel veel trouwambtenaren zijn die er iets moois van willen maken, iets moois van kunnen maken ook.
Dat het gaat om de klik.
Dat ze nu toevallig dan hier zitten. Maar dat ze ook bij een andere babs hadden kunnen zitten. En dat het dan …
Ik voel dat ik nu stil moet houden. Het moet niet overkomen alsof ik ze niet wil trouwen. Want jawel, dat wil ik. Zeker. Leuk stel.
‘Dus …’, zeg ik. ‘Zoiets …’
‘Ah oké’, zegt de bruidegom, die nu ook even niet zo goed weet wat hij moet zeggen. ‘Nou ja’, zegt hij, ‘ik wist anders ook niet zo goed wat ik moest vragen …’
Dus … willen jullie kennismaken met mij als babs?
Leuk. Keileuk. Doen we koffie, thee, fris of een biertje! Maar zullen we één ding afspreken: als het klikt, dan klikt het. Maar vraag me niet wat mij onderscheidt van al die andere trouwambtenaren …
Deal?