
Deze week mocht ik een stel interviewen dat vorig jaar 60 was getrouwd: Cor en Anneke. Onderwerp: de liefde.
Wat een ongelofelijk leuk stel.
Hij 85, zij 86.
Allebei in een fauteuil. Naast elkaar. Hij zwijgzaam, maar een fijne glimlach continu op de mond; zij onafgebroken pratend.
Zij die moeilijk ter been is en zelfs al een maand niet meer buiten is geweest, nadat ze op 1 januari was gevallen. Hij die nu vol liefde en heel vanzelfsprekend voor haar zorgt, nadat het meer dan zestig jaar andersom was geweest.
Eén ding trouwens waar ik volgende keer zelf rekening mee moet houden: mijn ouders vragen hoe de familiestamboom er ook al weer uitziet. Want of Tinus Vissers een achterovergrootbetoom van mij is? Ik zou het niet weten 😉
Cor en Anneke kenden elkaar al als jonge tieners. Toch duurde het tot halverwege de twintig voor zij verliefd werden op elkaar. Cor had namelijk een te zware dronk, vond Anneke. En daar hield Anneke niet van. ‘Kom maar terug als je niet meer zo veel drinkt’, had ze Cor gezegd.
Tip 1: Als je verliefd bent op de vrouw van je dromen, laat de drank dan staan!
[Dit is pas een bonustip. De échte tip, die de basis onder jouw huwelijk wordt, volgt zo. Niet zo ongeduldig. Laat mij gewoon even dit liefdesverhaal vertellen!]
Op de kermis, in de schommels, gaven ze elkaar voor het eerst een kus. Anderhalf jaar later, in 1958, trouwden ze.
Vorig jaar vierden ze dat ze zestig jaar waren getrouwd. Een huwelijk dat nu als heel traditioneel zou worden omschreven: hij werkte, dag en nacht, zij deed het huishouden en de opvoeding.
Een huwelijk met ups en downs, vertrouwden ze me toe. Waarin ze elkaar het beste hebben gegund, maar waarin ook woorden zijn gevallen en waarin ze hebben moeten dealen met het verongelukken van een van hun vier kinderen.
Twee mooie, pure mensen.
Maar wat is nu het geheim van de liefde, vraag ik?
Hoe blijf je zo lang verliefd op elkaar?
‘We zijn altijd samen naar bed gegaan’, vertelt Anneke. ‘Hoe laat Cor ook thuis kwam van het werk, al was het na middernacht, we zijn altijd tegelijkertijd onder de dekens gekropen. Misschien is dat het.’
Tip 2: Ga tegelijk met elkaar naar bed!
[Eerlijk gezegd, houd ik me daar ook niet aan. Wist ik ook niet dat dit hét geheim zou zijn – is het ook niet, denk ik – maar als een stel het zegt dat na meer dan zestig jaar nog steeds gek op elkaar is, wie ben ik dan om dat tegen te spreken!]
Oké, dit was ook een bonustip.
Nu dan dé tip!
‘Als je ouder wordt, ben je met een kus tevreden …’, laat Anneke zich tijdens ons gesprek ontvallen, met een knipoog, waarna ze heel even een stilte laat vallen.
Die paar woorden, die knipoog en die stilte … daar zit het geheim, voel ik. Alsof ze me daarmee dé tip wilde geven, zonder het uit te hoeven te spreken.
Onderweg naar huis, valt het kwartje.
Tip 3: Heb elkaar lief. Zo veel en zo vaak mogelijk. Kus elkaar. Kruip tegen elkaar aan. Vrij met elkaar. ’s Morgens. ’s Middags. ’s Avonds. Zo vaak als je kunt.
Want voor je het weet, ben je zestig jaar getrouwd, heeft de geest zich er bij neergelegd dat het lijf niet meer wil en ben je tevreden met een kus …
Kun je het je voorstellen?